De brug bij Breukelen (Annie M.G. Schmidt)
O jee, o jee, o jee
De brug bij Breukelen is kapot
Hij brak ineens in tweeën
En niemand weet hoe 't verder mot
't Is net een week geleeën
Er waren ook veel te veel mensen op:
De boer met z'n karretje, hop hop hop
Een stuk of wat fietsers, een stuk of wat brommers
Een man met tomaten, een man met komkommers
De visboer met haring, schelvis en schar
En de ijscoman met z'n ijscokar
O jee, o jee
En 't stokoude mannetje van de negosie
Met veters en lintjes en zeep in een doossie
Een kalf en een stier, een lammetje mek
Een kat en een os met een touw om z'n nek
Een geit en een schaap en een kip en een rund
En dat had dan allemaal nog wel gekund
Want lieveling, dit was een ijzeren brug
Maar, sakkerdjieën, daar kwam ook nog een mug
O jee, o jee, o jee, o jee
Die brug was tot nu toe nog helemaal heel
Maar nou met die mug was het net iets te veel
En zo kwam het dan dat van krikkerdekrak
De ijzeren brug in twee helften brak
En is iedereen in het water gevallen?
Jazeker, jazeker, van plons met z'n allen
O jee, o jee
En zijn al die mensen dan toch nog gered?
Jazeker, jazeker, nog net, nog net
En ook alle dieren… behalve de mug
Die zagen ze helemaal nooit meer terug
Nee, nee, o jee
De brug bij Breukelen is kapot, o jee
Hij brak ineens in tweeën, sjonge jonge
En niemand weet hoe 't verder mot
Wie heeft er nog ideeën?
Beluister de verschillende inzendingen hier!